Boorfuncties

 

 

Krachten bij het boren
Bij het boren van een gat werken twee krachten in verschillende richtingen: de boor draait en neemt zo met zijn scherpe spiraalvormige boorplaatjes materiaal af (draaikracht) – en u zorgt met druk in richting van het boorgat voor de voorwaartse kracht (aandrukkracht). Bij het klopboren ondersteunt de machine uw druk door slagen op de boor. Zo maakt u beter progressie in hard materiaal als metselwerk.

Het klopwerk
Klopboormachines hebben – zoals de naam al zegt – voor het boren in zeer harde materialen als metselwerk een klopwerk, dat u indien nodig kunt inschakelen. Door een speciaal mechanisme in de aandrijving slaat de boorhouder met de boor al naargelang toerental maximaal 48.000 keer per minuut naar voren – en helpt u zo bij het werk. Maar let op: hoe universeel de klopboormachine ook is, het klopwerk mag alleen zeer gericht voor het boren in muren, plafonds en vloeren gebruikt worden. Bij het boren in hout, metaal, metselwerk of gevoelige materialen moet u het klopwerk uitschakelen. Dat geldt ook voor het schroeven, schuren of polijsten.

Mechanische toerentalbegrenzing
Bij het boren in gevoelige materialen is het handig, wanneer u de maximale snelheid kunt begrenzen. Daarom hebben veel hoofdschakelaars een wieltje in de schakelaarpal. Dit wieltje voorkomt, dat u de hoofdschakelaar helemaal naar achteren kunt trekken. Hoe verder u het wieltje naar binnen draait, des te korter wordt de zogenoemde regelweg - en des te geringer de maximale snelheid. Let op: Indien uw machine is uitgerust met een dergelijk wieltje en u niet meer tevreden bent met het vermogen van de machine, controleer dan eerst de instelling van het wieltje, voordat u de machine ter reparatie opstuurt. Vaak heeft de machine alleen maar te weinig vermogen, omdat bij de laatste keer het toerental begrensd werd.

De elektronica
Bij moderne klopboormachines wordt het toerental elektronisch geregeld. Als gebruiker merkt u dat aan het feit, dat de hoofdschakelaar als een gaspedaal in de auto functioneert: hoe verder u deze naar achteren drukt, des te sneller draaien boorhouder en gereedschap.

Elektronische toerentalbegrenzing
Bij de grotere BOSCH klopboormachines wordt het toerental niet met een draaiwieltje mechanisch, maar elektronisch met de zogenoemde Power-Control begrensd. Zo zijn bijvoorbeeld de BOSCH PSB 1000 RPE, PSB 750-2 RPE en PSB 1200-2 RPE uitgerust met deze module en een stelknop bovenop de machine. Zet de schuifschakelaar op het boorsymbool en regel het toerental met de stelknop

Elektronische koppelbegrenzing
Bij machines met Power-Control kunt u kiezen, of u het maximaal toerental of de maximale draaikracht – het koppel – wilt instellen. De koppelbegrenzer is bijvoorbeeld bij het schroeven in hout belangrijk: zo voorkomt u automatisch, dat de schroef te sterk aangedraaid wordt. Deze verliest anders zijn spankracht en blijft niet meer vastzitten. Ook wanneer u veel schroeven even sterk wilt aandraaien, is de koppelbegrenzer een belangrijk hulpmiddel. Bovendien werkt Power-Control als een veiligheidskoppeling: wanneer de boor blokkeert, wordt de machine niet rondgeslingerd. En zodoende voorkomt Power-Control, dat de boor breekt, het materiaal opensplijt of de aandrijving beschadigd wordt. Zet de schuifschakelaar op het schroefsymbool en regel met de stelknop het koppel.

2-gangs-aandrijving
Sommige BOSCH klopboormachines hebben een 2-gangs-aandrijving. Deze werkt net als bij een auto: laag toerental met veel kracht in stand 1, hoog toerental bij minder kracht in stand 2. In stand 2 is de verhouding van snelheid (toerental) en kracht (koppel) hetzelfde als bij een 1-gangs-machine. Bij terugschakelen naar stand 1 wordt een hoger koppel gekozen. Dit heeft u bijvoorbeeld nodig voor het indraaien van grotere schroeven, bij het gebruik van boorkronen en om te roeren. In stand 1 kunt u deze werkzaamheden sneller en met betere kwaliteit verrichten. Daarom zijn vooral krachtigere klopboormachines meestal met twee gangen uitgerust.

 naar paginabegin